
Sinds mijn moeder vorig jaar overleed en we met z’n allen in lockdown zaten, kan ik het groeien en bloeien van de natuur om me heen veel meer waarderen. Misschien herken je het; het is net of mijn zintuigen meer op scherp staan en ik meer zie en ruik om me heen. De cirkel van geboren worden en weer sterven zie ik opeens overal in terug. Bijvoorbeeld in de Kerstster die bij ons rondom de Feestdagen uitbundig stond te groeien en bloeien. Er bleef uiteindelijk een zielig hoopje verschrompelde blaadjes van over (dat kan uiteraard ook liggen aan mijn niet zo groene vingers, maar dat terzijde) en onze schoonmaakster zette hem pontificaal op het aanrecht met nog net geen briefje erbij: “opgegeven wegens ernstige verwaarlozing.” Maar toen ik wat beter keek, zag ik kleine nieuwe lootjes die op het kale hout toch weer aan het uitlopen waren. Ik stofte mijn vingers af en herinnerde me weer hoe ik als kind altijd druk in de weer was met het stekken van kamerplantjes. En ik bedacht me hoe dit lijkt op het leven: er ontstaat altijd weer iets nieuws! Het doet me ook denken aan het boeddhistische gezegde dat een lotus alleen kan bloeien met zijn wortels in de modder. ‘No mud, no lotus.’ De modder staat voor het lijden en de moeilijkheden die we doorstaan in ons leven. En dat diezelfde moeilijkheden ons ook veel leren over het leven. We leren onszelf beter kennen. Je kwaliteit van leven kan zelfs beter worden, als je het lijden kunt omarmen en je er niet tegen verzet. Work in progress 😉
Voorlopig zetten wij de kerstster op ons dakterras en hopen dat het – met regelmatig water en een beetje zon en aandacht- een zomerster gaat worden!